Kervins
gelijk.
Dus toch nog. Opgelucht veerde
Burton op uit z’n luie stoel. Als een visser naar zijn dobber had hij naar de
klapdeur getuurd of ze nog zouden komen. Want dit was hun laatste kans voor een
ontmoeting met verdere afspraken. Na enig zwaaien kreeg hij oogcontact met Kervin om die te waarschuwen. De drie bij ze aangeschoven
vrouwen vingen al zijn aandacht, hij kon zeer onderhoudend zijn. Had hem de kans
gegeven zich ongemerkt van hen te verwijderen om een paar tafels zogenaamd
zakelijk te doen met zijn mobiel. Liet hij te veel in zich investeren door die
vrouwen dan was het uiterst kwalijk ze ineens voor anderen in de steek te laten.
Hij zou dit keer alleen het initiatief nemen als ze kwamen. Daarmee elke argwaan
van zich te willen opdringen vermijdend. Bijna had hij zich weer bij Kervin willen voegen. Het was al lang donker en dan werd de
kou buiten gevaarlijk. Maar kennelijk niet voor deze twee en zo een laatste
kans, en die mocht niet mislukken. Alle vorige ontmoetingen waren zonder het
gewenste resultaat gebleven. Deze herberg was hun laatste stop op weg naar huis
en weer aan het werk. En dan waren ze moeilijk te benaderen. Tenminste een
uitnodiging voor later moest hij zien te versieren. Maar waarom had hij die nog
niet? Terwijl hij naar de balie liep om ze gespeeld toevallig tegen het lijf te
lopen zag hij ze echter naar hun kamers verdwijnen. Het werd dus weer wachten en
dat kon lang worden. Hij kende ze inmiddels als levensgenieters die voor alles
alle tijd namen.
De voorgaande treffers waren
geweest naar hun lot als zwervers. Ze hadden zich uitstekend aan elkaar te goed
gedaan. Een invitatie voor later was dan ook niet ongebruikelijk geweest. Maar
deze vrouwen waren bijzonder, intellectuele zwaargewichten en waarschijnlijk
nogal kieskeurig. Terwijl zij ze toch heel goed hadden weten te onderhouden,
mede over hun werk, en dat met misschien iets te veel vertoon van kennis van
zaken. Hadden ze zich daarmee verraden, laten blijken te goed van hun doen en
laten op de hoogte te zijn? Ze hadden zich daar grondig in verdiept en dat kon
best eens wantrouwen hebben verwekt. Vooral die zwarte had steeds elke discussie
daarover hardnekkig afgehouden.
Na hun verdwijnen had hij weer bij
Kervin aangeschoven. Het zou wel even duren voor ze
terug kwamen en ze gedineerd hadden. Automatisch reagerend op het gekout
probeerde hij de ontmoetingen te evalueren. Hadden ze toch te opvallend zitten
doordrammen over hun vak, met voor mannen te ongebruikelijk veel verstand
daarvan? Beiden waren ze verkozen voor deze missie, gezien hun impact op dit
type vrouwen en hun kennis van deze zaken. Maar sportmannen met dergelijke
interesses? Ze hadden zich te weinig van de domme gehouden, te wijs opgesteld.
Dat moest de oorzaak zijn van nog steeds geen uitnodiging voor later. Want
verder hadden ze beslist niet gefaald. Dit keer zich dus beperken tot wat van
hem was te verwachten, totale desinteresse veinzen als het over hun werk ging en
optimaal presteren. Met als doel dat zo dringend beoogde en meestal
gebruikelijke: ‘kom nog eens bij ons langs’ en adressen uitwisselen. Kervin werd ondertussen verveeld met verhalen over hun zonen
die meer in hun mars hadden dan alleen zwerven, en wat hij als oudere rot ze kon
adviseren. Zodat hij zijn gedachten weer rustig kon laten
afdwalen.
Wat wilden ze eigenlijk bereiken
met hun achtervolging, waar waren ze op uit, wat waren hun verdenkingen en
waarom? Terwijl hij zich steeds verder in zijn drankjes verdiepte voelde hij die
vragen weer met twijfel in zich opwellen. Dank zij Chiavels obsessie zat hij hier te piekeren. Zijn idee dat
hun huidige positie kon, moest en zou veranderen, hoe dan ook, dat had hij Kervin en hem tot waarheid weten te maken. Maar of hij daar
nu nog in geloofde? Na uitvoerige bestudering van hun fatale afgang had hij ze
uitgelegd hoe het zat en bewezen dat het anders kon. Hij had ze de fout op hun
DNA laten zien, die verkeerde spelling, die zij maar te herstellen hadden.
Almaar zitten doordrammen tot ze voor de lieve vrede in zijn ficties waren
geloven, en tevens behoorlijk thuis waren geraakt in deze materie. En dat was
die twee ongetwijfeld opgevallen.
De theorie van Chiavel was glashelder, zijn plan enigszins, de praktische
uitvoering…? Een kwestie van weer een virus, nu corrigerend, en ze waren
genezen. Doch wat voor virus en hoe kwam je er aan? Maar wat toen kon moest ook
nu mogelijk zijn. Echter, de daarvoor benodigde kennis en middelen, die hadden
zij mannen niet meer en vrouwen wel. En in het bijzonder de vrouwen die zij nu
al drie weken achtervolgden. In het huidige bestel beschikten alleen vrouwen
over de daarvoor benodigde expertise en geavanceerde middelen als laboratoria.
Zij mannen, verdoemd tot zwerven, waren daarvan volledig vervreemd. Alleen, hoe
kreeg je die vrouwen zo gek zich voor hun doel in te
zetten?
Chiavel’s
plan zou op dood spoor zijn geraakt als Kervin niet
een uiterst ingenieuze inval had gekregen. Hij wist namelijk alles over
evoluties, begonnen met een oerknal van niks tot iets, dat door natuurwetten
zich had geconstrueerd tot op de mens, met daarna die evolutie door hen heen,
die van al het mensgemaakt materiële waaraan zij zich te goed deden. Een bijkans
obsessief verhaal opgedaan bij een van zijn vriendinnen, Verna, een Y-selectieheks. Hij
mocht graag pochen over deze relatie en vertellen over dit bizarre geloof dat ze
beleed. De schepping leed aan een blinde wil, opgedaan door de meegegeven
natuurwetten. Dat blinde willen aanstuurde aan op het moeten van al het actuele
mogelijk, met als resultaat de actueel praktisch volmaakt balans. Met de mens in
de evolutie werd het actuele mogelijke hem geopenbaard, was vooral de man aan
zet geweest. Met de vrijheid van al het mogelijke te mogen. En correcties van de
schepping als keuzes verkeerd uitpakten. Als die fatale mutatie niet het juiste
mogen moeten was geweest, de vrije mens kon zich vergissen, dan zou zich eens
het medicijn daartegen zich openbaren, en gezien de actualiteit door de vrouw
heen. Een verhaal dat wondermooi aansloot op die visioenen van Chiavel. Hij was er meteen helemaal weg van geweest.
‘Verna’s
benadering van wat we niet weten of begrijpen is vanuit het ongerijmde. Stel dat
wat logisch lijkt niet zo is, of omgekeerd, en redeneer dan verder vanuit wat
daarop niet rijmt…’ Met dit soort zinnen had hij ze trachtten bij te brengen wat
dit geloof inhield. Niemand had het ooit begrepen. Tot die een keer dat hij het
probeerde te duiden aan de hand van de voor hun zo fatale
mutatie.
‘Kosmisch bekeken is die mutatie
als ongerijmd te beschouwen, gewoon een miskleun in die evolutie door ons mannen
heen. Vanuit die visie valt dan ook een mogelijkheid tot herstel te rijmen, met
weer dat accent op moeten.’ Het was al laat en uiterst gezellig gewwest, op een van die avonden dat Chiavel zorgde voor een goed glas wijn. Maakte hun
gesprekken boeiend, vond hij, stimuleerde hun creativiteit. En daar moesten zij
het van hebben. Kervin kwam dan ook helemaal in vorm
en tot de volgende conclusies.
‘De evolutie is naar de wil van de
kosmos, de schepping of zoiets. Die wil wordt gedicteerd door de natuurwetten,
normen en waarden voor de schepping. Stappen in de evolutie die uitkomen op het
ongerijmde zullen naar deze wetten noodwendig leiden tot herstel, tot het
logische weer laten rijmen, de evolutie weer goed op de rails zetten.’ Mits dit
ongerijmde dus rijmde met wat zij dachten, dan werd hun ongerijmde afgang
vanzelf weer ongedaan gemaakt. Na nogal wat heen en weer overdenken en
beschouwen en vele flessen waren ze het daarover roerend eens geworden. Hun
afgang was evolutionair uiterts ongerijmd en de verlossing noodwendig. Maar wel
afhankelijk van de vrouw.
De volgende ochtend was iedereen
dit weer compleet vergeten, behalve Chiavel. Hij had
er de hele nacht heerlijk van kunnen dromen, vertelde hij opgetogen aan het
ontbijt. En hij wist nu ook wat hun plan moest worden.
‘Herstel van onze positie vereist
een contra-evolutie en in dit geval dus een re-manipulatie van onze genen. Die tak van sport beoefenen
wij niet meer, maar wel de vrouwen, en in het bijzonder selectieheksen als die
Verna van jou, Kervin. Door
dat soort vrouwen heen zal die stap uit ons droevig dal eens gezet worden. Zij
krijgen die manipulatie eens noodwendig geopenbaard. Geen ontkomen aan, als jij
met dat berijmde verhaal gelijk hebt. En eenmaal die mogelijk ontdekt zullen ze
die moeten.’ Met iedereen nog een lichte kater stemde iedereen in met deze
conclusie. Zo vroeg al diep nadenken was niet hun grootste kracht. Chiavel moest dit plan maar zelf verder uitwerken en ze
voorlopig met rust laten. En dat deed hij. Tot hij twee avonden later er op
terugkwam, en met een plan dat zij moesten uitvoeren.
‘Met de man even uitgeschakeld kan
die hogere wil zich alleen nog manifesteren door de vrouw heen.’ Dat werd zijn
uitgangspunt. ‘De middelen voor het ons herstel zullen zij eens ontdekken, of ze
willen of niet. Uiteraard zullen ze die mogelijkheid niet willen. Maar hun
vrouwelijk streven naar almaar meer orde en netheid zal ze er toe verleiden om
wat ze geopenbaard krijgen te noteren. Dat lijkt mij gerijmd en dus logisch
bezien en kan niet anders dan zo zijn.’ Iedereen was weer even stil van
ontroering geweest en samen hadden ze het glas geheven op deze verrassende visie
van hun meester. Het werd weer een reuze gezellige avond. Tot Chiavel heel concreet werd.
‘Door de vrouw heen, maar welke?
Wel, aan Kervin is geopenbaard waar ons medicijn zich
eens zal laten schrijven. Bij de vrouwen toch die dagelijks met onze genen
knoeien, bij die specialisten van het GS, die Y-heksen
die ons houden op één op tien. In die kringen zal het eens gebeuren. Daarin
moeten wij dus penetreren.’ Dat was het begin geweest van alles wat zij hadden
moeten doormaken.
‘We hoeven slechts te wachten tot
de kosmos ingrijpt, deze vrouwen op het juiste spoor zet. Maar dat dan wel
tijdig zien op te pakken. Want denk maar niet dat die vrouwen die mogelijkheid
zullen willen. Die zweren immers bij de consolidatie van hun positie en zullen
elke aantasting daarvan als ongerijmd afdoen en daarom afdoen als niet
hoeven.’
‘Zit iets in,’viel Kervin hem bij. ‘Ze zullen zich verrot schrikken. Maar naar
hun normen en waarden zullen ze deze ontdekking moeten melden, ergens
publiceren, op z’n minst met elkaar bespreken. Het GS is wat betreft redelijk
consequent en kent geen gedogen voor dit onderwerp. Hebben wij nog weten af te
dwingen. Maar ze zijn slim, zullen ons er buiten willen houden en zo deze
mogelijkheid laten doodbloeden. En veel mannen vinden het huidige
geconsolideerde ook wel best. Inderdaad, als ze wat vinden moeten
revolutionairen als wij daar achter zien te komen.’ Dat idee werd de uitweg uit
hun impasse. Dagenlang zocht Chiavel het internet af
op signalen. Maar met geen enkel resultaat.
‘Te verwachten,’ constateerde hij
teleurgesteld. ‘Vrouwen zijn nauwelijks bereid, eigenlijk ook niet in staat tot
echt innovatief bezig zijn.’ Tot Kervin op een kwek
belandde waarop ze er mee doende leken. Deze vondst werd het eerste gelijk van
Kervin.
‘Ze zijn er dus wel, sporadisch.
Die vrouwen opsporen en continu op de huid zitten,’ besliste Chiavel. ‘Maar dan moeten we wel kunnen begrijpen waarover
ze het hebben, enigszins thuis zijn in die materie, hun discussies kunnen
volgen.’ Want waar ze het op die kwek over hadden was ze volkomen duister. Samen
met Kervin studeren werd zijn eerste opdracht. Weten
waarop ze moesten letten, alle mutatietechnieken op een rij krijgen,
genspellingen leren lezen, virusstuurprogrammeringen
bestuderen. Op het net was het allemaal te vinden. Kennis en ervaring op al die
gebieden; in overvloed. Nu nog mannen vinden die zich daarin wilden
interesseren. En dat waren zij dus, die van de horst. Eenmaal geroken aan deze
materie hadden ze het ook best boeiend gevonden. Chiavel bleef intussen op jacht naar researchgevoelige
vrouwen. En kwam uiteindelijk zelfs met een lijst ervan, met daarop één die ze
kenden, de vrouw die Kervin op zijn lumineus idee had
gebracht, zijn vriendin Verna. Dit werd Kervins tweede gelijk. Twee keer zelfs had hij haar gespot,
als specialist met nogal wat publicaties over het Y en als deelnemer van een
kwek over dat onderwerp.
Al jaren onderhield Kervin een min of meer geregelde relatie met deze vrouw.
Eens begonnen toen hij had ervaren hoe leuk napraten het was met haar, bleek dat
ze ook geestelijk voor elkaar vielen. Daardoor werd ze tevens een bron van
ideeën voor hun debatten op de horst. Chaivel was
meestal wel de winnaar in deze wedstrijden van geestelijk schedelknuppelen. Hij was enige van ze die veel las en dan
graag wilde etaleren wat hij ervan begrepen had of van vond. De anderen van de
horst kwamen daarbij meestal niet verder dan hem bevestigen in zijn meningen.
Tot Kervin via Verna de kans
kreeg hem te bestoken met haar visies en argumenten. En die waren zowel gedegen
als origineel.
Deze vrouw bestudeerde ook van
alles, oreerde daar graag over en had in Kervin een
willig en niet al te kritisch oor gevonden. Daarbij vertelde ze ook over haar
werk, kon ze niet nalaten te roddelen over collega’s. Haar obsessie was de
stagnatie van de door vrouwen gedomineerde maatschappij in consolidatie. Terwijl
er juist op haar vakgebied zoveel nieuws te ontwikkelen viel. Maar iedere keer
als zich iets bijzonders openbaarde, er een mogelijk was die eigenlijk zou
moeten, dan haakten zij vrouwen af. Met als argument dat het praktisch volmaakte
van wat bereikt en geconsolideerd was, en dat door niets en niemand in gevaar
mocht worden gebracht. Net als alle andere soorten in het dierenrijk zaten ook
zij mensen fraai op een eindwaarde. Daar aan tornen zou alleen maar leiden tot
degeneratie, uitsterven van hun soort. Maar mensen waren geen dieren. Als
bijzondere soort waren zij het begin van verdere evolutie, was die door hen heen
op weg naar een hogere soort. Dit dan wel allemaal volgens Verna. In Kervin vond ze een leeg
vat dat zich graag liet vullen met dit soort gedachtespinsels. Ter meer omdat
ook zij op de horst, via Chiavel, vonden dat hun
evolutie anders moest.
Chiavel las
de namen van zijn lijst verder voor. Tot Kervin hem in
de rede viel. ‘Estrice in het Wassenaarse, die staat er ook op! Daar heeft Verna het wel eens over. Is iemand die net als zij het
uitvinden niet kon nalaten, en ogenschijnlijk met enig succes. Doet onderzoek
aan staartstuurstoringen en wat daarmee aan leuks te
beleven valt. Maar toen ze wat ontdekt krabbelde ze terug, wou ze er niets meer
over los laten. Eerst iedereen daarmee lekker maken en dan gewoon afhaken. Verna had zich daaraan behoorlijk
geërgerd.’
‘Staartstuurstoringen, dan houdt ze zich met ons mannen
bezig,’ concludeerde Chiavel verrast. ‘is zich rot
geschrokken van iets dat haar is geopenbaard. En wil daar vervolgens niets meer
van weten. Zie je wel. De evolutie gaat aan de gang door die vrouwen heen, en
dan reageren ze zo.’ Deze conclusie werd het derde gelijk van Kervin. Vooral toen hij meer over deze Estrice te weten kwam. Op het net was ze prominent aanwezig
met reclame voor haar adviespraktijk voor selectie, en in het bijzonder die met
filterduidingen.
‘Dit is een vrouw waar we
achteraan moeten. Een supervakvrouw, ongewoon innovatief bezig, een van de heel
weinigen vooral doende met ons Y. Die heeft iets ontdekt waarvan ze niets meer
wil weten. Maar wij wel! De moeite waard om haar dat geheim te gaan
ontfutselen.’ Zo werden Kervins gelijk waarheden en de
grondslag voor hun plannen.
‘Ook vrouwen kunnen niet nalaten
als mensen te reageren op wat mogelijk is. Ook in hen woekeren de wetten van de
evolutie voort. Deze Estrice heeft iets gezien dat
cruciaal is voor de vervulling van onze wens. Stuitte ze op het recept voor onze
verlossing. Begrijpelijk dat ze aarzelt dit bekend te maken. Want het is uiterst
bedreigend voor de positie van de vrouw. En aan haar immers de keuze. Op ieder
kruispunt zin we vrij te beslissen uit de wegen die zich daar verleidelijk
aanbieden. Zij zal zijn voor die van de stagnatie en daarmee de verkeerde. Maar
wij zullen haar helpen de juiste afslag te nemen. Als we dat tactisch aanpakken
zal ze onze hulp dankbaar willen aanvaarden. En zo niet dan door ons mannen
heen.’ Over dat laatste deed Chiavel heel zeker, alsof
hij ook daar al een plan voor had bedacht.
Waren ze zomaar op zo’n beoogde
vrouw gestuit? Kervin wilde nog twijfelen. Dat zijn
ingevingen tot dit resultaat leidden was hem even te veel geweest. Geloven was
leuk, maar dat waarheid zien worden, en nog wel met heel concrete consequenties.
‘Eens moet het noodwendige zich
immers voltrekken,’ Kervins verhalen en zijn almaar
gelijk hadden Chiavel inmiddels volledig in de ban.
Vastberaden was de kosmos op weg naar omhoog, eens door de man heen, en door een
stommiteit even door de vrouw heen. Die hadden ze het drijfzand in geselecteerd
van de huidige stagnatie in consolidatie waarin z’n edele drift tot verder en
hoger verzandde. Uiteraard pikte die kosmos dat niet en probeerde nu de vrouwen
te verleiden tot het mogen moeten van hun ontsnapping. Zij waren immers aan zet.
Maar misten die edel antieke innovatiedrift van mannen. Zij mannen moesten dus
wakker worden en het heft weer in handen nemen. Een paar daarvan, zijn cohorte
op zijn horst, was al klaarwakker, kreeg een duidelijk signaal tot actie, en zou
dat beantwoorden. Chiavel kon behoorlijk leuk
doordraven.
‘We moeten gewoon even uitvissen
wat die Estrice niet wil weten. Gezien mijn filter
paars ben ik daarvoor niet de geschikte persoon. Maar voor een geroutineerde
zwerver als Kervin moet dit een makkie zijn. Verder
ben jij behhorlijk thuis in deze materie.’ Chiavel had het tevens voor het zeggen. Hij financierde hun
horst.
Kervin
eerste actie was een bezoek aan Verna. En mocht toen
stomtoevallig meeluisteren met een belletje met die Estrice over vakantieplannen met een vriendin. Verna behept met de gewoonte alles wat ze hoorde te
herhalen, leverde hem details van dit plan zoals wanneer en waar. Dit de horst
gerapporteerd resulteerde in de opdracht voor hun tocht door het noordelijk
natuurpark. Chiavel zou alles betalen en besliste
tevens wie Kervin had te begeleiden, Burton de
vrouwbevindelijke.
Na wat tegensputteren hadden ze
zich neergelegd bij dit besluit. Maar Chiavel liet ze
een video van die toch wel meer dan leuke vrouwen, ze wisten ze ook niets anders
te bedenken, en in dat noorden waren ze nog niet geweest. De tocht van de twee
vrouwen op een kaart uitgezet leek het een simpele klus. In de bergen getraind
op kou en kracht kon dit hooguit wat glooiende terrein geen problemen geven.
Daar vrouwen dergelijke vakanties mede benutten om zwervers te strikken leek
contact maken geen probleem. Er was uiteraard concurrentie, maar zij konden deze
twee redelijk superieure vangsten presenteren. Deze opdracht presenteerde een
leuke uitdaging vol aangename verrassingen. Het hoge noorden werd steeds lokkender.
Maar na vijf weken dom zwoegen en
kou lijden in dit schier eindeloze gebied was voor hem de pret er wel af. Zijn
hobby lag in hooggebergte met steile hellingen. Daar moest je intelligent je
krachten inzetten en je uithoudingsvermogen juist doseren. In dit heuvelachtige
land was het gewoon stom doordouwen tot je niet meer kon. Zo tevens alle tijd
voor bezinning. Waar waren ze mee bezig geweest, waarop waren ze eigenlijk uit
en wat waren die gedachtespinsels van Chiavel
eigenlijk waard?
Zelfs het Selectie Generaal was
even in verwarring geraakt, als je de verhalen van Verna via Kervin mocht geloven.
Die bij zijn tweede bezoek niet kon nalaten steeds meer over haar vriendin te
onthullen. Chiavel had hem zijn beste wijnen
meegegeven. Met miezerig geroddel, daarmee was het dus begonnen, had Chiavel zich laten opjutten. Een vaag gerucht had hen
opgescheept deze ‘operatie noorderlicht’. De meer ervaren Kervin zou de aanval inhoudelijk leiden. En voor de
optimalisatie van de verleiding van de vrouwen moest hij mee. Op zich best een
leuk plan, eindelijk een concrete aanval en met avontuur. Maar die wekenlange
eentonige dichtgevroren verlatenheid met altijd wind en verblindende
stuifsneeuw, dat was ze er niet bij verteld. Alleen de herbergen, die vielen
best mee, waren royaal voorzien van echt wel superselectie, van doorgetrainde
vrouwen, en niet alleen op dit klimaat. In dat opzicht kwam een bezoek aan deze
streken zeker voor herhaling in aanmerking. Maar dan zonder dat zinloos er in
ronddolen. En dat was het vooral geworden. Alhoewel, Kervin had het geweldig gevonden. De anderen aan hun tafel
zaten elkaar nu al uren te verhalen over al hun beleefde moois van deze witte
hel. Daardoor kon hij zich nog steeds beperken tot meeluisteren, zo nu en dan
wat meemompelen, en verder zijn gedachten de vrije
loop geven om de echte feiten de juiste belichting te
geven.
Een oud selectieambtenaar en een
Y-specialist, Estrice, had
neigingen tot innoverend dromen. Was daarom voor zichzelf begonnen als selectie-adviseur. Als reclame voor haar werk publiceerde ze
geregeld nogal gedurfde artikelen. Daaruit moest haar originaliteit blijken.
Want dat wilde haar markt. Haar laatste publicatie had diverse vakzusters
verontrust en zelfs in hogere kringen voor enig tumult gezorgd. Creatief denken
werd als een bedreiging voor hun positie gezien. Die bezorgdheid had Chiavel boven water gekregen. En hem het idee gegeven dat er
sprake kon zijn van een wezenlijke doorbraak.
Hun werk met het Y lag heel
gevoelig bij mannen. Daarom waren deze selectie-specialisten gebonden aan een dure eed het SG alles
wat ze deden en ontdekten te melden. Je tot de standaardselectie beperken was
veilig en makkelijk. Maar veel vrouwen wilden anders en naar eigen ideeën, de
actuele mode, of om anderen af te
troeven met iets bijzonders. Ook hierin waren ze uit op
uniek.
De twee voornaamste doelstelling
van het SG waren het één op tien houden van de man en het vermijden een te
lijden leven. Beide gingen bij de mens niet meer van nature en waren dus een
opgave voor onze gaven van ratio en rede. Hun praktisch volmaakte medische zorg
kon inmiddels elk leven behouden, hoe ellendig dan ook. Dus was het zaak elk
onvolmaakt leven te vermijden.
Met de man één op tien was die
sporadische zoon een artikel met het lot als leverancier, of corrupte
ambtenaren. Met als klant vaak het religieus bevindelijke dat de man zag als
evenbeeld van hun hemelse heer en daarmee als kroon op de schepping. Maar ook
veel vrouwen die beslist geen zoon ambieerden, het huidige fenomeen man vooral
als zielig zagen en hun kinderen dit lot wilden besparen. Gezien de strenge
controle op het één op tien streng was een zoon toch vooral naar de kaarten van
de selecties vielen.
Maar selectie op zin in de
mannelijke roeping, vrouwvriendelijk of een beetje niet, niet te overheersend,
niet gewelddadig. Het was mogelijk en moest dus mogen. Als het maar binnen de
gestelde normen bleef. Dochters had men vooral graag uniek, naar de laatste
mode, speciale wensen, en zeker niet standaard. Omdat Y-beambten zich liefst aan de normen hielden om risico’s te
vermijden waren vrije vogels als Estrice erg in trek.
Die hadden meer gevoel voor gedogen en zicht op wat nog net niet verboden was.
Om zich als zodanig te onderscheiden, profileerden deze vrijbuiters zich graag
met gewaagde opvattingen en bijzondere methoden. Dat innovatieve van die Estrice was dus gewoon ordinair reclame maken voor haar
professie. Voor het vermijden van missers als Chiavel,
depri’s en macho’s, te grauwe vrouwen. Naar de norm
moest alles van het menselijk beestje een kans krijgen. Maar met al hun weten en
kunnen was een kind krijgen niet iets wat je je zomaar
liet overkomen. Voor veel vrouwen was selectie een bloedserieuze en
gewetensvolle zaak, waard om daarvoor de juiste specialisten in te schakelen,
die met gevoel voor je persoonlijke wensen en gevoeligheden. Het krijgen van
kroost was voor veel vrouwen een hele opgave waar ze alleen niet uitkwamen. Dom
of in een roes je iets laten opdoen was er voor de meesten niet meer bij. Hoe
vaak pakte dat niet verkeerd uit? Terwijl alles zo fraai door deze specialisten
was te analyseren en te regelen. Gebruikelijk ging hun voortplanting dan ook via
vrije vogels als Estrice en Verna. Het mannelijk vond dit wel best, was zo van de zorg
af van weten en daarmee verantwoordelijkheden van meestal vele nakomelingen. Als
je in de mode was kon dat aantal behoorlijk oplopen. Tevens leidde deze praktijk
zelden tot problemen of klachten. Integendeel, statistisch bleek vrijwel elk
leven tot op het eind plezierig om te beleven. De algemene mening was dan ook
dat de vrouwen de voorplanting praktisch volmaakt hadden geregeld en de man op
een voor beide geslachten leuk niveau hielden. Binnen dit systeem voelden
vrouwen als Estrice en Verna
zich als vissen in helder water, genoten die volop van hun
werk.
Om deze praktijk te controleren
waren alle uitkomsten van selectie in het SG-dossier
te deponeren. Via sleutels waren ze in te zien, een toegang geregeld met een
code. Iedereen had inzage in het eigen dossier. Selectiespecialisten konden
binnen zekere grenzen die van hun klanten raadplegen. Elke maand jaar
rapporteerde het SG deze controle met statistieken, commentaren, nieuwe we
ontwikkelingen. Als Estrice wat nieuws had ontdekt dan
moest het daarin te vinden zijn. Niet dus, Chiavel had
de alle bekeken.
Er moest sprake zijn van iets
nieuws, als ze Verna mochten geloven. Een Estrice, eerst opgetogen over iets, en daarna er niet zo
gelukkig mee. Maar of dat te maken had met waarop Chiavel zo vurig hoopte? Hij kon dat wel willen geloven in
dat herstel van hun positie. Maar zat dat geloof van Verna niet heel anders in elkaar? Mede om Chiavel te stangen had Kervin er
veel over verteld. En in het licht van die verhalen kon die vondst van Estrice wel eens totaal andere gevolgen
hebben.
Volgens Verna namelijk was elke mutatie, ook die fatale, een stap
omhoog in de evolutie van de schepping. Tevens maakte die geen fouten en kwam ze
nooit op haar schreden terug. Sloeg ze een verkeerde weg in dan liep die gewoon
dood, stierf die variant af. Volgens Kervin’s goeroe
ging die al nieuwe treden zoekend de hemel in. Toen met die dominantie van de
mannen was het even een stukje via de hel geweest. Verna las de historie nogal selectief. Nu met de vrouwen aan
het roer was het ongetwijfeld een stuk leuker, dat moesten ook zij mannen
erkennen. Maar volgens Verna was het toch nog te
materialistisch, te genetisch hormonaal vleselijk. Naar haar visioenen zou de
mens zich in de toekomst nog verder vergeestelijken, praktisch volmaakte ratio
en rede worden en bevrijdt van driften en instincten. Als Chiavel terug wilde naar het verleden dan kon hij dat
volgens haar wel vergeten. Op de horst had Kervin ook
dit standpunt geopperd. En dat kon wel eens zijn vierde gelijk blijken. En kon
het wel eens gaan om het behoud van hun huidige beslist niet onplezierige heden.
Burton voelde zijn twijfel verder groeien, of was het onbehagen? Waren ze met
hun achtervolging bezig hun eigen ondergang te
bespoedigen?
Verna had
Chiavel geactiveerd. En als hij iets wilde dan moest
het. Door Chiavel geïnspireerd was het een selecte
groep mannen toch maar gelukt zich weer een oud antiek mannelijk elan eigen te
maken. Door alle millennia heen bleken toch nog enkelen gevoelig voor de idealen
uit de tijden toen ze nog op gelijke voet met ze stonden en daardoor als vanzelf
de leiding hadden. Dat besef van suprematie zat ze nog steeds in de genen,
en ook daar was op te selecteren. In hun systeem van stagnatie werd die aanleg
heel geraffineerd afgeleid op datgene waarvoor zij ze nog nodig niet konden
missen. Maar Chiavel was het gelukt een aantal mannen
met deze dominantiedrift te verenigen tot hun cohorte op zijn horst. Deze
selectie had hij met verhalen stevig geplant in hun eens zo glorieus
verleden. Zij waren zowel naar antieke genen als verhalen. Burton herinnerde het
zich nog goed zijn verheffing toen hij Chiavel voor
het eerst hoorde over hun wortelen in dat machtige
verleden.
‘Wij willen weten van dat
wortelen. Want geeft ons zicht geven op een toekomst.’ Eens hadden zíj toch maar de fundamenten geslagen voor het huidige best
fraaie maar tevens doodsaaie heden. Door mannen heen evolueerden eens
wetenschap, techniek, economie steeds verder tot op elk uiterst mogelijke. Zij
vrouwen hadden dat alles laten verzanden in eeuwig durende eindwaarden, een
consolidatie in stagnatie. Zij verordonneerden dat alles bekend was, klaar
en af, inspannende en innoverend denkwerk niet meer nodig was. Je had nog jonge
mannen die wat probeerden in die richting, het soms zelfs brachten tot een
universitaire opleiding. Maar eenmaal als man gedompeld in die rampzalige
verhouding verzoop het geestelijk bereikte snel in al dat verleidend materiële.
Fundamentele research die ze moest redden, beperkte zich daardoor strikt tot
sporadisch wat vrouwelijk gedoe. En dat moesten zij zien te achterhalen, of ze
toch niet toch door stom toeval... Een wilde ingeving van Kervin, die Chiavel serieus had
genomen. En met als uitkomst zijn droevig heden.
Hun cohorte was geselecteerd uit
gepassioneerde bergzwervers zoals Chiavel ze noemde.
Op de zuidelijke hellingen van de bergketens die het gewelddadig
noordelijke klimaat afschermden zochten vooral mannen hun uitdagingen. De
noordelijke flanken waren nauwelijks te overleven. In de winter sneeuwden ze
volkomen dicht en ‘s zomer teisterden lawines ze als de warmte de
sneeuwmassa’s verweekte. De zuidhellingen daarentegen hield een leeg gesneeuwde
noordooster ook ‘s winters redelijk sneeuwvrij. Zo bleven die het hele jaar door
interessant voor het betere klimwerk en het trotseren van ontberingen en
gevaar. In de winter tegen koude valwinden in omhoog te klimmen, met als
beloning op de top met een parachute een opwaartse werveling vangen en
daarop wegwaaien de verre vlakke in. ‘s Zomers oefenen op overhangende
hellingen en zich koesteren in zon, in groepjes van meest alleen mannen.
Vrouwen hadden kennelijk niet het geschikte filter om van de gevaren hier te
kunnen genieten. De winters waren levensbedreigend en eisten geregeld hun
tol en de zomers bleven koud en tochtig en daardoor slechts behaaglijk voor
lichamen die het hels frisse beminden. Tegen deze hellingen waren zij nu eens de
meerderheid. En dat had ze het verrassend gezellige en het stimulerende van
‘mannen onder elkaar’ laten ervaren. Uit deze spontane broederschappen had Chiavel hun superselectie gekozen: een mannelijk team dat
niet alleen lichamelijke maar ook geestelijke uitdagingen ambieerde, namelijk
gevoelig was voor zijn preken. Bekaf van een klim en dan genietend van het
uitzicht en de zon had ook Burton zich laten opwinden door zijn monologen over
hun vroeger en wat ze nu te kort kwamen.
Chiavel was
niet alleen een geboren leider en inspirator maar ook redelijk vermogend.
Daardoor had hij op een bergkam een antiek bouwsel kunnen kopen en laten
renoveren voor zijn clan van ambitieuze mannen. In pre-antieke tijden was het een klooster geweest van een
religieuze sekte en in het post-antieke een luxueus
conferentieoord voor vrije ondernemers. Met daarna alleen nog vrouwen in zaken
en die naar hun waarden en normen, was het ongebruikt in verval geraakt. Tot
Chiavel het weer in goed bewoonbare staat bracht.
Selectief nodigde hij zijn selecties voor een of twee maanden uit op wat hij
noemde zijn Horst om zo mogelijk van ze genieten en ze te beleren. Daarna konden
ze dan als herboren weer uitzwermen.
Zijn enige meer permanente gasten
waren Kervin en Burton, Kervin omdat die iets met zijn verleden deelde en hij omdat
Kervin dat wilde. Als kind had hij zich tot een
onmogelijk jongetje ontwikkeld, tot Kervin in zijn
leven kwam en hij zich aan hem had kunnen optrekken. In veel nesten met
overwegend vrouwen kwamen de natuurlijke eigenschappen van jongens zwaar in de
verdrukking. Zijn geluk was geweest dat zijn moeder, gezien zijn onmogelijk
karakter, hem tegen betaling aan Kervin, een toen
geregelde relatie van haar, besloot uit te besteden. Die had die opgave serieus
genomen en zich ontwikkeld tot een bewust vader voor hem. Daardoor was hij in
evenwicht met zichzelf was gekomen en hadden ze samen een band voor het
leven gesmeed.
Chiavel
woonde op zijn horst en nam daar alle tijd en gelegenheid voor zijn
liefhebberijen. Met zijn paars filter alleen gericht op manlijk was hij
niet gedoemd tot zwerven en kon hij zich geheel wijden aan zijn hobby’s, zoals
mede het bestuderen van hun heroïsche historie. Vlot gebekt kon hij
daarover eindeloos en met een grimmig soort humor over verhalen en zijn
mannen begeesteren met wat ze eens betekenden. Daarbij speelde hij slim in op de
frustraties die ze als zwerver opdeden. In het debat was hij een geducht
tegenstander en mocht hij je graag uitdagen. Dit was ook zijn geestelijke
ontwikkeling zeer ten goede gekomen. Wel moest Chiavel
uiteindelijk altijd gelijk hebben. Maar dat maakte hij dan weer goed met zijn
gulle gastvrijheid. Zowel materieel als geestelijk behaagd hadden Kervin en hij Chiavel als hun
natuurlijk leider leren accepteren en weten te
appreciëren.
Kervin bleef
daarbij wel kritisch en zo mentaal onafhankelijk. Volgens hem waren zij ‘wijkers’ die zich koesteren in zijn schaduw. Niets op tegen
als je je er maar van bewust was. Tevens ging hij het
debat met hun gastheer niet uit de weg. Kervin was
geen veelweter als Chiavel en niet zo gewiekst, meer
een man van de diepte; en hij had zijn vriendin Verna
als bron van verrassend originele visies. Daardoor was Kervin voor Chiavel ook dé relatie
met de buitenwereld. Na elke zwerftocht kwam hij terug met verhalen die Chiavel zowel interesseerden als frustreerden. Dat hield hem
wakker, zei hij dan. Daarbij had hij respect voor het tactisch onafhankelijke
van Kervin. Deze geestelijke kracht accentueerde hij
met zijn imposante verschijning die je als vanzelf een stap opzij deed
zetten.
Ongetwijfeld beleefde Kervin zich als Chiavel’s rivaal.
Maar of hij aasde op zijn positie als voorman? Hij was verre van welgesteld en
te verknocht aan zijn horst. Met al zijn relaties elders en had hij Chiavels plek graag om weer bij te komen. Hij was een
overtuigd zwerver, maar op de horst voelde hij zich thuis, mede omdat Chiavel hem nodig had. Kervin kon
hij uitzenden voor het verzamelen van ervaringen die hij eenzaamheid op zijn
horst en door zijn filter moest ontberen. Vaak mocht hij hem daarbij begeleiden.
Dit keer had hij weer eens mee gemogen, gemoeten, en hadden ze alle tijd gehad
voor hun onderling beraad, nu vooral over wat Chiavel
beoogde en of dat wel zo verstandig was.
‘Optimalisatie van onze huidige
positie, ja, maar terug naar die oud antieke verhoudingen, dat beslist
niet.’ Dat was Kervins overtuiging. Nu had een
beetje man immers geheel vrijblijvend zijn harem en met alle tussendoortjes
die hem behaagden. En dat alles zonder veel zorgen en verplichtingen. Bij een
goede aanpak werd je zelfs leuk vertroeteld en uitstekend beloond.
Maatschappij en economie waren vrijwel uitsluitend hun zaak en zorg. Binnen hun
separaten, stammen, nesten en roedels regelden zij hun gezinsleven en bij
goed inspelen op hun behoeften lieten ze je royaal mee snoepen. Terug naar dat
voorfatale en dan al die zaken weer zelf moeten organiseren en verdienen, Kervin moest er niet aan denken. Aan de andere kant, dat
antiek avontuurlijke met ongewisse uitdagingen en mannelijke strijd. Die
behoefte bleef verleidelijk schrijnen. Te veel mannen waren verweekt, toe aan
herscholing, mocht best wat agressiever zijn. Maar dat dan met echt bloed
vloeien, dat hadden ze gelukkig achter de rug.
‘We gaan gewoon in de aanval, dat
is nog altijd de beste verdediging.’ Met dat argument had Chiavel ze uiteindelijk verleid tot deze expeditie. Hij als
vrouwverleidelijk voorop en gedekt door Kervin
levenservaring. Gezien de ruige streek en het type vrouwen geen onaardige
opdracht en daarom welwillend aanvaard. Wilde je toch een daad stellen dan leek
dit plan niet het slechtste. Hoogstens drie keer zouden ze de twee vrouwen
ontmoeten, vooral om een invitatie voor later te versieren. Meer pogingen waren
ongewenst, zouden argwaan wekken. Dat mannen achter vrouwen aan zaten was hoogst
ongebruikelijk. De eerste ontmoeting contact leggen en zich presenteren, de
tweede voor de verkennende aanval en de derde om de zaak af te ronden. Nu hadden
ze al tot een vierde moeten besluiten omdat de vorige niet waren verlopen
als bedacht.
Bij de start was het al moeilijk
geweest ze te vinden in die noordelijke uitgestrektheid. Via Verna wisten ze wanneer en waar ze hun vakantie ongeveer
zouden beginnen, ergens in het Boheemse. De baan had daar drie stops. Samen
konden ze er twee in de gaten houden. Als ze daar niet opdoken was het dus
automatisch de derde. Later bleek dat ze een dag eerder waren aangekomen.
Gelukkig kwamen ze daar meteen achter toen ze, stom toevallig de herberg
aandeden waar zij de vorige nacht waren geweest en daar voor nogal wat tumult
hadden gezorgd. Vier vrouwen die er hun vaste stek hadden voor het
vangen van zwervers deden daar verslag van: dat gisteren de enige
langskomende zwerver ze door de neus was geboord door een bleekblonde en
roetzwarte. Van video’s kenden ze ze al als behoorlijk
brutaal en pikant ogend. Nu vernamen ze dat ze ook agressief wervend waren
en zonder veel mededogen met hun lotgenoten, maar tevens waar ze de
achtervolging moesten beginnen. Het had toen al helemaal mis kunnen
gaan.
De volgende dag zouden zij ze wel
even in te halen. Uit de ligging van de herbergen richting het westen was hun
route redelijk goed in te schatten. Maar dat plan bleek ondoenlijk. Afgetraind
als die twee waren op dit landschap, maakten ze per dag slagen die zij
met moeite presteerden, laat staan dubbel. Twee avonden kregen ze te horen
dat ze er geweest waren, en hoe, en moesten ze erkennen dat hun conditie nog
even niet dat was. Daarom besloten ze uit te wijken naar de baan om ze zo voor
te komen en te kunnen opwachten. Pas na een uitputtende eerste week vond zo
het eerste treffen plaats en konden ze zich laten vangen. Ze vielen gelukkig wel
bij ze in de smaak. Overal in deze pleisterplaatsen was redelijk wat
concurrentie, maar vooral van het type verstilde woudloper. Een kwebbel als hij
en Kervin met z’n filosofische inslag waren ze meteen
opgevallen, hadden ze hem, wat intiemer geworden, verteld. Daardoor leek
het niet moeilijk de volgende ontmoeting te organiseren, vooral omdat ze heel
open waren over hun verdere plannen. Tot bleek dat ze zich onderweg graag aan de
meest zonderlinge invallen overgaven, soms buiten overnachten. Het tweede
contact was daardoor pas na weer een week. Dat echter werd verstoord door
zwervers uit het zwoele zuiden die hun tochten beperkten tot korte uitstapjes
rond deze herbergen en ze ruim voor waren. Daarna had het makkelijk
geleken, gewoon de volgende hut en zorgen op tijd te zijn. Om daar vergeefs te
wachten omdat ze, naar ze bij hun derde treffen vertelden, enige dagen op
een plek die ze boeide in een tentje hadden overnacht. Deze laatste
pleisterplaats hadden ze gegist, en gelukkig goed. Maar nu waren zij te laat.
Zodat Kervin al had geconcludeerd dat hun hele
onderneming op een fiasco was uitgedraaid. Het geheim van het noorderlicht zou
voor altijd geheim blijven. En dat kon wel eens Kervins finale gelijk worden.
***